Toekomstinkomen

 

Door: Louis Plas

Inleiding
Ook bij overheidsbeperkingen, zijn na Corona de contract beëindigingen in volle gang. Vooral voor ZZP-ers en flexwerkers dreigt een armoedeval. Dat is zeer ongewenst voor henzelf, maar ook voor de samenleving als geheel. Het hier voorgestelde Toekomstinkomen, tijdelijk van aard en naast bestaande regelingen, is daarbij een buffer. Met ook als doel omscholing te subsidiëren naar waar wel werk is, of komt. Beargumenteerd wordt ook, waarom bestaande uitkeringen in deze situatie tekort schieten.

Oneerlijk
Sinds de Crisis van 2008 en de Participatiewet van 2015 bestaat binnen de PvdA onvrede over de werking van wetten, die de hoogte van bijstand en de plicht tot participatie regelen. In verzorgingsstaten is stap voor stap op de achtergrond geraakt, dat hulp bij werk en de verlening van uitkering er primair zijn voor steun en emancipatie. Rond 2000 zijn de Melkert banen, die positieversterking ten doel hadden, op de achtergrond geraakt. Voor wat, hoort wat, werd in plaats daarvan de norm. Controle nam de plaats in van vertrouwen.

De hoogte van de uitkeringen bleef ook steeds meer achter bij de groei van de welvaart. Na de crisis van 2010, met de stevige werkloosheid weer terug op de kaart, bleek de beleden zelfredzaamheid niet het wondermiddel, waarvoor men het lang had gehouden. De kloof tussen wie wel en geen kansen had, werd niet kleiner maar groter. De bestaanszekerheid werd ondermijnd. Tenslotte vertaalde zich de groeiende onvrede in de verkiezingsnederlaag van 2017, die de PvdA, in hoge mate verantwoordelijk voor het sociale beleid, in de oppositie bracht.

Arbeidsmarkt
Al voor de Corona crisis bracht de Commissie Borstlap deze problemen in beeld, in combinatie met kritiek op verhoudingen, die de arbeidsmarkt verstoren. Belangrijk bij deze verstoring is, dat niet alleen het vangnet van onvoldoende kwaliteit is. Ook de kans om erin terecht te komen, is teveel toegenomen. Flexibilisering werd gangbaar, ook als dit ten nadele ging van de betreffende contractanten. ZZP-ers en flexwerkers werken te dikwijls in wankele constructies, die het gebruikelijke contract tussen de reguliere werkgever en werknemer uithollen.

Beide categorieën zijn opgeblazen geraakt. Een reeks van uitstekende aanbevelingen hierover werd door Borstlap neergelegd, die door de Corona crisis hoge urgentie heeft gekregen. In het bijzonder zijn voorstel over de studiebeurs voor elke Nederlander verdient respect. Maar in mijn ogen kunnen die aanbevelingen voor meer regulier werk als gangbare norm alleen goed gaan functioneren bij een verbetering van het uitkeringsstelsel. Een regelarme bijstand, ook wel bekend als het Zekerheidsinkomen. Daarop aanvullend wordt hier als crisisbestrijding het Toekomstinkomen voorgesteld: snel in te voeren voor wie nu werkloos raakt en voor wie nu geen zinvolle regeling bestaat.

Nog twee aanvullende opmerkingen. Het is waarschijnlijk, dat we op de arbeidsmarkt binnenkort worden geconfronteerd met ongehoorde problemen. Plotselinge werkloosheid met een bijbehorende armoedeval, waarbij de uitgeholde rechten van de verzorgingsstaat onvoldoende van toepassing zijn. Het Toekomstinkomen heeft naast een positief doel, herintreding, ook de reden, dat de hardste klappen voor met name ZZP ers en flexwerkers moeten worden voorkomen. Hieronder worden meer categorieën opgesomd, waarop dit inkomen van toepassing zou moeten zijn.

Ondanks overheidsbeperkingen is het ontslagcircus al begonnen. De politieke omstandigheden zijn ook zeer belangrijk. Voor wie geen perspectief heeft of krijgt, is het populisme aanlokkelijk. Ik ben het eens met de Swaan, die een verband legt met de 30 er jaren. We kunnen en moeten het nodige doen om de om zich heen grijpende deprivatie en de daarmee samenhangende groei van stereotyperingen in de te dammen. Stereotyperingen waarbij de ander al snel de schuld krijgt van het eigen ongeluk of ongemak. Ook daarom heb ik deze notitie geschreven.

Toekomstinkomen
Het toekomstinkomen is een tijdelijk en persoonlijk inkomen (ik denk aan minimaal een jaar, maximaal twee jaar). De hoogte ligt op het bestaansminimum (het Wettelijk Minimum Loon). Het is een recht voor wie het is bedoeld, ongeacht de wijze van samenwonen e.d. Er is maar een enkele kwalificatie: een zeer ruim vermogen wordt afgeroomd, de techniek daarbij is hier niet belangrijk. Dit is om scheve ogen te voorkomen. Het doel is tweeledig: een armoedeval en een gedwongen onmiddellijke wijziging van levenswijze voorkomen. Ruimte bieden voor herintreding met royale faciliteiten voor vorming en scholing, die ook nog afzonderlijk ter beschikking kunnen worden gesteld. De uitzonderlijke omstandigheden, die we kunnen verwachten, wijken teveel af van die, waar bestaande uitkeringssystemen voor gemaakt zijn.

Het kan geen vorm van bijstand zijn, omdat die decentraal, uiteenlopend en soms chaotisch is geregeld. En ook geen W.W., omdat maar een deel van de doelgroep, en dan nog alleen maar kortdurend, daarvoor in aanmerking komt. De opbouw van ons uitkeringsstelsel is nu als volgt: Bijstand. Gedereguleerd. Partnertoets. Vermogenstoets. Tegenprestatie. Persoonlijke controle. Individuele bijstandsnorm. Volksverzekering. W.W. Op basis van laatst verdiend loon. Tijdelijk. Kort voor jongeren. Beperkt omscholingsbudget. Dwang en drang. Sollicitatieplicht. Beperkte aansluiting op pensioen. Premieverzekering. Dus niet voor iedereen. A.O.W. Basisinkomen voor iedereen. Grotendeels Volksverzekering. Steeds hogere leeftijdsgrenzen. Geen verplichtingen.

Wie geen vaste baan had (bijvoorbeeld ZZP ers), komt nu niet in de WW, maar in de bijstand. Deze is ontworpen als laatste redmiddel voor wie niets anders meer heeft. Het zou evenwel dom en onverantwoord zijn om ZZP ers, talentvolle personen, in de kracht van hun leven, onder te brengen in zo een positie, die hen niet past. En die ook voor de samenleving onrendabel is. Want de bijstand kom je niet zo makkelijk weer uit. De te verwachten scherpe toename van de werkloosheid na Corona maakt het urgent, dat we de mensen op de rails helpen of houden, die nu worden getroffen. Dat betekent, dat we hen niet al hun vermogen laten opeten. Dat we hen niet straffen met een partnertoets. Dat we geen tegenprestatie eisen, maar zo nodig en daarentegen ook duur en zo nodig langer durend investeren in omscholing.

Het Toekomstinkomen moet ook geen basisinkomen zijn. Dat is onbetaalbaar, we maakten de AOW al gedwongen kleiner. Het moet ook stimuleren tot werken, we willen geen afkoopsom. Daarom moet een Toekomstinkomen tijdelijk zijn. De smeerolie tussen eerst goed verdienen en zo nodig eventueel toch, indien onvermijdelijk, een liefst hervormde, regelarme bijstand. Het Toekomstinkomen wordt, daar lijkt het nog het meest op, een qua functie opgeleukte, meestal wat verlengde W.W.. Bedoeld voor wie er geen – of gezien de doelstelling onvoldoende – recht op heeft. Dat doet wat nu nodig is: mensen in vrijheid laten leren en studeren, opnieuw begeleid laten instromen, voor iedereen, dus niet alleen voor wie uit loondienst is ontslagen. Want nogmaals, de problemen voor wie nu moet gaan omschakelen, worden zwaar onderschat.

Kenmerken van het Toekomstinkomen
Toekomstinkomen, voor wie: Voor flexwerkers die vanaf 1-01-2020 zijn ontslagen, Voor ZZP ers, die in loondienst willen (Borstlap) na afromen van een surplus vermogen. Voor wie geen werk meer heeft, mede door het binnenkort wegvallen of aanscherpen van de huidige bedrijfssteun. Na faillissement. Voor wie in een collectieve instroomregeling terecht kan, bijvoorbeeld als zijinstromer in het onderwijs, als faciliteit voor om –, her of bijscholing.

De vorm ervan: Volksverzekering. Sociaal minimum, gekoppeld aan minimum loon (geen bijstandsminimum). Geen drang of dwang, morele verantwoordelijkheid of positieve prikkels tot scholing en/of ontwikkeling. Geen partner – of vermogenstoets. Ruime om – en bijscholingsfaciliteiten. Gekoppeld, als het kan, aan innovatie van de arbeidsmarkt: energietransitie, zorgvernieuwing, digitaal onderwijs, transportvernieuwing (drones). Maximum duur 24 maanden. Minimum duur 12 maanden.

Het gaat er om, dat er voor wie werk kwijt raakte, er opnieuw goed werk is. En dat dit proces niet te lang duurt. Regering en Tweede Kamer moeten nu handelen.

Gaarne reactie op dit idee. Natuurlijk ter discussie!

2 gedachtes over “Toekomstinkomen

  1. Beste relatie, Sinds 6 mei ben ik opgnomen in zorg/behandel/revalidatiecentrum De Weihoek Adres: Heerma van Vossstraat 19 afdeling 23 kamer 1 Postcode/woonplaats: 4608 Roosendaal.

    Met vriendelijke groet,

    Corrie Balemans Adres: De Gagelrijzen 3/A Postcode/woonplaats: 4711 PC Sint Willebrord Telefoon: 0165 – 38 64 11 Mobiel: 06 – 27 61 55 05 E-mail: cam.balemans@gmail.com Verstuurd vanaf mijn iPhone

    >

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.